De verhuisdozen zijn uitgepakt, het appartement ingericht, de installatie achter de rug. Hans Boogers, de nieuwe pastoor van de samenwerkende katholieke parochies in Utrecht, kan aan de slag. Reden voor een uitgebreid kennismakingsgesprek.
Na zeven jaar in Zwolle is nu Utrecht zijn standplaats. Al bij de eerste kennismaking in levende lijve maakt hij een ontspannen en vrolijke indruk. Niet voor niets werd er in Kampen en Zwolle gesproken over de ‘lachende pastoor’. Hij neemt alle tijd voor het interview. En ook de wat minder leuke onderwerpen gaat hij niet uit de weg.
Voor het fotomoment is een afspraak gemaakt in de parochiecentrum. Hij voelt zich op zijn gemak, is vrolijk, attent en alert. Bij een rondje door de kerk maakt hij makkelijk een praatje, iemand stelt zich voor, en al in het gesprek wordt de persoon bij naam genoemd. ‘Ik kan heel goed gezichten en namen onthouden, soms ontschiet me de naam van iemand, maar het verhaal dat bij die persoon hoort heb ik wel paraat.’
Dertig jaar geleden
‘Ik ben tot priester gewijd op 29 juni in1988, het is wel heel bijzonder dat ik op 29 juni 2018 in Utrecht geïnstalleerd word.’ Boogers vertelt over zijn jeugd, geboren in 1958 in Amsterdam, de oudste van een gezin van drie, met twee zussen. De eerste jaren opgegroeid in Amstelveen, daarna verhuisde het gezin naar Noordwijkerhout. Het gezin kerkt bij de Victorparochie, een proefkerk voor Nederlandse liturgie. ‘Dat heeft mij gevormd, ik ben niet opgegroeid met Latijn in de kerk.’
Het gezin verhuist naar Driebergen waar de boslucht misschien heilzamer is. Boogers komt terecht op De Breul, een bekend Jezuïetencollege in Zeist. Het gezin gaat daar naar de kerk bij Arca Pacis, een heel open gemeenschap, oecumenisch gericht en verbonden aan Kerk en Wereld in Driebergen. ‘Ik voelde me er vrij, maar merkte ook dat ik als jongere in de minderheid was.’
Na de middelbare school besluit hij om aan de HEAO te gaan studeren. Het blijkt geen succes. Hij krijgt via via een baan bij de Nederlandse Middenstands Bank (NMB), haalt zijn boekhouddiploma en gaat vervolgens in militaire dienst. Na zijn afzwaaien komt hij terecht in Veenendaal waar hij weer kan werken bij de bank. Jong als hij is, is hij druk met het vinden van zijn eigen weg. In Veenendaal kerkt hij bij lokale parochie die geleid wordt door een heel inspirerende pastoor. Het zeer protestantse Veenendaal kent een kleine katholieke minderheid en dat heeft zo zijn keerzijde: ‘Ik wilde daar lid worden van een volleybalclub. Ik kreeg een vraag over mijn geloof en vertelde dat ik katholiek was, toen kon ik daar niet terecht.’
Hij ontmoet er ook Theo van der Sman, een priesterstudent die zijn opleiding volgt in Antwerpen. Ze hebben diepe gesprekken, waarbij ook de vraag valt of het priesterschap niet wat voor hem zou zijn. ‘
‘Daardoor begon het bij mij te spoken. Priester worden? Ik had eigenlijk heel veel positieve ervaringen met pastores en later met pastoraal werkenden. Het trok me wel, maar er was ook twijfel. Ik ben ook verliefd geweest.’ In diezelfde tijd neemt bisschop Ernst het initiatief tot het oprichten van een priester- en diakenopleiding in Bovendonk. Boogers schrijft zich in met het doel om diaken te worden. Als diaken komt hij in Colombia terecht. ‘Terug in Nederland had ik het erover bij de bank, daar was de reactie: we zien dat wel in je. Dat voelde als een bevestiging, zo van: dit is jouw weg. Maar het was geen makkelijke keuze.’ Een mystieke ervaring in het Belgische klooster Chevretogne gaf de doorslag. Boogers wil er niet dieper op ingaan, te intiem. Hij volgde zijn priesteropleiding in Bovendonk en in Utrecht en werd in 1989 tot priester gewijd door kardinaal Simonis.
‘Hoe het was voor mijn ouders dat ik een roeping had? Ze hadden voor mij een toekomstbeeld met een schoondochter en kleinkinderen. Ze waren bezorgd, maar hun houding was ook: als dit jouw weg is, is het goed.’ Ze hadden gelijk: ‘Bij mijn priesterwijding moest ik plat op de grond liggen. Dit klopt, dat voelde ik toen heel sterk. Ik sta nog steeds achter mijn keuze, ik heb er nog geen dag spijt van gehad!’
Groot gebied
Boogers was 7 jaar pastoor in Zwolle bij de Thomas à Kempisparochie, de afgelopen jaren zag hij zijn werkgebied tot twee keer toe uitbreiden met de Norbertusparochie en de Heilige Christoffel (zie kader). Voor zijn installatie in Zwolle was hij ruim zeven jaar pastoor in de Achterhoek.
Het werkgebied dat hij verlaten heeft is totaal anders dan wat hem in het Utrechtse staat te wachten. Maar er zijn zeker ook overeenkomsten. Ook in het oosten van het land speelt de problematiek van krimp. Steeds minder katholieken weten de weg naar de kerk te vinden en diegenen die wel elke zondag in de kerk zitten zijn vaak ouder.
‘Zwolle is behoorlijk internationaal, je ziet daar ook meer mensen met een andere culturele achtergrond. Maar als je bij een doop in Oldenmark komt, is iedereen weer heel blank.’ Wat valt hem verder op in de gemeenschappen die hij achterlaat? ‘Ze zijn sterk in diaconale activiteiten, de sfeer is sympathiek en leergierig.’
Ook hij werd geconfronteerd met tekorten en kerksluiting. De eens katholieke Zwolse Verrijzeniskerk werd in 2011 overgenomen door de Christelijk gereformeerden. Ook het personeelsbestand moest inkrimpen van 9 naar 3 pastores. ‘Toen de kerk sloot, hebben we gedurende 6 weken elke zondag de mensen met een bus meegenomen naar de andere gemeenschap om ze een plek te geven. Dat was een succes; de mensen weer werden weer actief!’
Ook veranderde zijn rol als pastoor: ‘Mijn werkgebied werd zo groot, je kunt niet overal zijn, de mensen moeten meer zelf doen. Wel ben je nog belangrijk als inspirator en stimulator.’
Daarnaast werd in 2015 de gemeenschap in Dronten geconfronteerd met een zeer vervelende situatie, die zelfs de landelijke media haalde. Een transgendervrouw werd benoemd tot penningmeester van het kerkbestuur. Boogers: ‘Ik verkeerde in de veronderstelling dat dat niet uitmaakte. Maar ik ben teruggefloten door de aartsbisschop en moest haar ontslaan. Ik ben in de pers letterlijk neergezet als een slecht persoon. Het ging om de huisregels van de kerk, hoe ga je daar verstandig mee om? Heel pijnlijk, en zeker niet goed voor de gemeenschap. Het is zo’n verhaal dat alleen maar verliezers kent.’
Maar hij heeft ook veel waardering mogen ondervinden. Bij zijn afscheid, uitgesmeerd over verschillende vieringen in de verschillende gemeenschappen, kreeg hij mooie woorden en complimenten mee: ‘We gaan je missen, we zullen je herinneren als inspirerend, goedlachs, steunend en verbindend.’
Utrecht
En dan nu Utrecht. Hij is goed bekend met de stad. ‘Een mooie plek, met een rijke christelijke geschiedenis en heel veel cultuur, daar hou ik van!’ En verder? Hij zei het al eerder: ‘Ik wil eerst luisteren, wat speelt er hier? Natuurlijk ligt er een pastorale visie. Die wil ik verdiepen, hoe geef je dat handen en voeten? Dat kost veel energie, maar het uitgangspunt, het verhaal van Emmaüs, is zo mooi. Ik wil daarbij aansluiten, wat kan ik daarin betekenen?’ Maar er zit ook druk achter: ‘De ontwikkelingen gaan snel, bijvoorbeeld met de kathedraal en de Augustinus, dat is als springen op een rijdende trein!’
Wat houdt hem op de been? ‘Het geloof in een liefdevolle Christus die wil genezen en nieuwe kansen biedt. Mijn geloof is er altijd heel sterk geweest, het hoort bij mijn levenswijze.’ Wat wenst hij de gemeenschappen toe? ‘Dat zij met elkaar de Blijde Boodschap van Christus blijven uitdragen.’
Van een groot gebied naar een grote stad
Van 2011 tot en met juni 2018 was Hans Boogers pastoor van maar liefst drie parochies, liggend in drie provincies: Gelderland, Overijssel en Flevoland. In 2011 werd Boogers pastoor in Zwolle van de Thomas à Kempis parochie, bestaande uit twee Zwolse gemeenschappen (waaronder die van de befaamde ‘Peperbus’) en gemeenschappen in Herfte-Wythmen, Kampen, IJsselmuiden, Hattem en Hasselt. In 2013 kwam daar de Heilige Norbertusparochie bij, bestaande uit zes gemeenschappen in Biddinghuizen, Dronten, Lelystad, Nunspeet-Elburg-’t Harde (twee gemeenschappen) en Swifterband. In 2015 kwam de parochie Sint Christoffel erbij, deze bestaat uit een vijftal gemeenschappen, te weten in Kuinre, Oldemarkt, Steenwijk, Steenwijkerwold en Vollenhove. Op 15 juni is Ton Huitink hier gestart na zijn installatie in Dronten.
Tekst en foto’s: Adeline Riesselman