Tiende Pastorale brief

Zusters en broeders,

Omstandigheden overkomen je en je hebt het er maar mee te doen. Onze vrijheid en lifestyle blijkt zomaar beperkt te kunnen worden. Dit is ons in de afgelopen bijna drie maanden wel duidelijk geworden. Hoe je op dit gegeven reageert en of je het kan accepteren verschilt per persoon. Als het je angst voedt kan je er flink last van hebben. Maakt het je opstandig dan ben je er druk mee. Versta je de kunst van gelatenheid dan zal je rust niet zo erg verstoord zijn. En zit je zo in elkaar dat je de moed erin houdt, wat er ook op je pad komt, dan heb je er inmiddels het beste van gemaakt. Het lijkt erop dat heel veel mensen van de laatstgenoemde omgang en aanpak zijn. Zo zien we activiteiten op aangepaste manier weer opgepakt worden en creatief zoeken we de grenzen (mogelijkheden) op van wat er toch nog kan en mag.

Persoonlijke ontmoeting is cruciaal
Kunnen we het een basale behoefte van mensen noemen, die drang om iets om handen te hebben, te doen, dingen te laten gebeuren? Bezig zijn biedt stof om met elkaar over te praten en het zet aan het denken en plannen maken en veranderen. In het bezig zijn komen we elkaar tegen, wisselen we uit, delen we gevoelens van vreugde en teleurstelling, van enthousiasme en verdriet. Ontmoeting is cruciaal voor ons welbevinden. We kunnen de ervaring gezien en gehoord te worden, het gevoel ertoe te doen voor anderen, niet missen. Precies daarin zijn we geraakt in deze crisis omdat ons door afzondering en afstand houden de gewone alledaagse omgang uit handen werd geslagen. Verstandig en begrijpelijk – maar wel moeilijk. Met (digitale)hulpmiddelen en gedragsregels vangen we het ongemak voor een deel op maar als iets steeds duidelijker wordt is dat we niet echt buiten de persoonlijke nabije ontmoeting kunnen waarbij we elkaar in de ogen kunnen zien en elkaars aanwezig-zijn kunnen voelen met al de zintuigen die we hebben.

Een hoopvolle houding
Natuurlijk blijven we afstand houden en de risico’s voor elkaar beperken. We doen het uit respect en liefde voor elkaar, omdat we kostbaar zijn voor elkaar. Dat deze situatie voorbij zal gaan is de hoop waaraan we ons vasthouden. Hoe lang we dat vol moeten gaan houden is nog onzeker. Langer dan ons lief is. Er is dus alles aan gelegen om de tijd die we door moeten komen met een positieve instelling in te gaan. Zal het gaan lukken om de moed erin te houden, om uit te blijven zien naar wat ons weer gegund zal zijn, om ‘je te verheugen’ en die energie-gevende spanning vast te houden? Kan je vertrouwen?

Volhouden met perspectief
Er klinken hier woorden die ons heel vertrouwd zijn als we het over ons geloofsleven hebben. Dat is geen toeval. Juist als gelovigen kennen we de kracht van belofte, de steun van vertrouwen en ook de moeite van het omgaan met de afwezige Nabije en het verlangen die afstand te overbruggen. Nu, in de dagen tussen Hemelvaart en Pinksteren wordt ons die situatie van leven en doorgaan met een gemis heel duidelijk in herinnering gebracht. Over de groep van vrienden en leerlingen wordt bericht dat zij na de hemelvaart van Jezus elkaar opzochten en volhardden in gebed. Zij zijn zich erop blijven richten dat het goede van God dat beloofd is zal komen, dat ze kracht geschonken zullen krijgen en moed vinden…. Met hen mogen ook wij, vanuit onze situatie en uitdaging bidden en roepen: Kom… heilige Geest, blijf bij ons en help ons volhouden.

 

Pastores Samenwerkende Parochies Katholiek Utrecht,

Pastoor Hans Boogers, Koos Smits, Gérard Martens