Al vele jaren komen wij op 4 mei in Lombok bijeen, op het plein voor de Antoniuskerk, om te herdenken: joden, christenen en moslims, in verbondenheid. Dit jaar kunnen wij daar niet fysiek samenkomen. Maar ook dit jaar herdenken wij samen, in verbondenheid. Ook al staan we daar niet op dat plein bij elkaar, lopen wij dit jaar niet in een stille tocht naar het verzetsmonumentje op het Jaffa-terrein, en praten we niet na afloop na bij de Assoenna-moskee in Majellapark. Maar in gedachten doen we dat allemaal ook dit jaar wél. In de afgelopen jaren voegden steeds meer mensen zich bij ons, onder wie vooral ook steeds meer jongeren, met een heel diverse achtergrond. Dit jaar kunnen we met nóg meer daar zijn, in gedachten. Dat is belangrijk, en dat is hartverwarmend.
Op de avond voorafgaand aan de dag waarop wij in ons land de bevrijding vieren na de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog, herdenken we in de eerste plaats de Joden, Roma, Sinti, homoseksuelen, gehandicapten en anderen die door de nazi’s zonder enig mededogen moedwillig zijn vermoord; de verzetsmensen die hun nek durfden uit te steken voor anderen en dat met hun leven hebben moeten bekopen, de soldaten die ons geholpen hebben de nazi-terreur te beëindigen. Onder wie óók, en dat is lang niet bij iedereen bekend, Marokkanen, die voor óns hebben gevochten.
Ook herdenken we de slachtoffers in voormalig Nederlands Indië: slachtoffers van de Japanse bezetter, van de bersiap, én ook van oorlogsmisdaden door Nederlanders. Onschuldigen, vermorzeld in oorlogsgeweld.
Het herdenken dwingt ons ook tot nadenken. Realiseren we ons dat nog steeds onschuldigen slachtoffer worden van machtswellust, extremisme, onverdraagzaamheid? Dat ook nu onschuldigen sterven in vluchtelingenkampen, in zinloze oorlogen in landen als Jemen en Syrië. Dat wij als vrij land daaraan soms zelfs medeplichtig zijn, bijvoorbeeld door wapenleveranties. Dat ook nu minderheden als zondebok worden aangewezen en wreed worden vervolgd, denk aan de Oeigoeren in China en de Rohingya in Birma. Dat de wijze waarop we in ons eigen land omgaan met minderjarige vluchtelingen, nog net zo harteloos is als Joodse kinderen hebben ervaren die in de jaren ’30 dachten hier veilig te zullen zijn. Zonder enig mededogen werden zij van de ene tijdelijke plek naar de andere overgebracht, steeds opnieuw. Ook toen gebeurde dat…
We zien ook weer een toename van autoritaire regimes, van zeer riskante vormen van populisme, van complottheorieën. Juist nu wij als samenleving volledig ontwricht worden door het corona-virus, is het gevaar van dergelijke tendensen weer extra groot: velen menen daaraan houvast en zekerheid te kunnen ontlenen.
Laten wij gezamenlijk blijven herdenken, óók in dit jaar. Zo worden we ons bewust dat vrijheid niet vanzelfsprekend is, en dat we daar zelf invloed op moeten blijven uitoefenen. Dat we niet de andere kant op kijken. Dat zijn wij verplicht aan al die slachtoffers die wij, samen met ieder die dit hoort of leest, op 4 mei 2020 in verbondenheid herdenken. Als wij ons daarvan bewust blijven, is ons herdenken niet vrijblijvend.
Brahim Ajaarouj, Yücel Aydemir, Joep Beliën, Mariska van Beusichem,
Josien Folbert, Jan Erik Grunveld, Yosé Höhne-Sparborth, Heleen Joosse, Gerrit-Jan Westerveld
(Antoniusgemeenschap, Assoenna-moskee, Liberaal Joodse Gemeente Utrecht, Protestantse Wijkgemeente ‘De Wijkplaats’, Ulu-moskee)